Japan is een staat in Oost-Azië. Gelegen op 4 grote eilanden (Honshu, Hokkaido, Shikoku en Kosyu) en talloze kleine eilanden ernaast. Het grondgebied van het land is ongeveer 372, 2 duizend vierkante kilometer. De bevolking is ongeveer 122 miljoen, waarvan meer dan 99% Japans is naar nationaliteit. De hoofdstad van het land is Tokio (ongeveer 12 miljoen inwoners).
Japan is een monarchie onder leiding van een keizer, maar volgens de grondwet van 1889 werd de wetgevende macht in samenwerking met het parlement uitgeoefend.
De Japanse economie heeft zich ontwikkeld onder invloed van vele factoren. Eind jaren 60 van de 19e eeuw opende de onafgemaakte burgerlijke revolutie een nieuw kapitalistisch stadium in de geschiedenis van Japan. De grootschalige burgerlijke hervorming aan de vooravond maakte de weg vrij voor de ontwikkeling van het kapitalisme in het land. Het proces van de transformatie van het land tot een imperialistische macht was succesvol aan de gang.
De Japanse economie staat sinds 1940 in dienst van het buitenlands beleid. Het land sloot een militaire alliantie met Duitsland en Italië en ging vanaf 1941 de Tweede Wereldoorlog in. Pas na de nederlaag van het militaristische Japan in 1945 begonnen er in het land enkele democratische transformaties plaats te vinden.
Het hervormingsmodel dat de naoorlogse economie van Japan kenmerkte, had de volgende kenmerken. De ontwikkeling van de productie is een prioriteit geworden boven alle anderen, het land heeft geweigerd de "wetten van de vrije markt" te volgen. Als gevolg van de "schokeconomische therapie" werd de Japanse industriële productie in 1949 bijna volledig hersteld.
De regering heeft een dergelijk investerings- en structuurbeleid gevoerd, dat heeft bijgedragen tot de vorming van industrieën die kenmerkend zijn voor geïndustrialiseerde landen. Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de Japanse economie zich als een compromisloze koers in het beschermen van nationaal kapitaal op het gebied van productie, bankwezen en andere gebieden, en in het beschermen van de landbouw door middel van subsidies en protectionistisch beleid.
Dit alles leidde ertoe dat de Japanse economie begon te worden gekenmerkt door een speciaal ontwikkelingsmodel, dat ze de geplande markt begonnen te noemen. Administratieve regulering werd gecombineerd met het economische systeem van particuliere ondernemingen.
De nieuwe grondwet van 1947 kondigde democratische vrijheden en rechten af. Door de landbouwhervorming werden de meeste gronden voor de aflossing overgedragen aan de boeren. De grootste monopolies werden verpletterd.
Jaren 60-70 is het moment waarop Japan een bijzonder prominente figuur in de wereldeconomie is geworden. Het is de tweede macht van de kapitalistische wereld geworden in termen van bruto nationaal product en industriële productie.
Nu het BNP meer dan 11% van de wereld bedraagt, loopt het land voor wat betreft het BNP per hoofd van de bevolking voor op de Verenigde Staten. Het vertegenwoordigt ongeveer 12% van de industriële productie in de wereld. De aanpassing van de economie aan de “beste yen” is bijna voltooid. Er heeft al een transitie plaatsgevonden naar een nieuw model voor de ontwikkeling van de economie van het land, dat zich meer richt op de taak van de binnenlandse consumptie dan op de export.
