Een groenblijvende struik genaamd Japanse euonymus kan worden gekweekt als een containercultuur of in de volle grond. Met andere woorden, deze spectaculaire struik die eruitziet als een kleine boom kan iemands vensterbank of tuin versieren. Bovendien vermindert het de hoeveelheid microben in de lucht met de helft.
Uiterlijk
Japanse euonymusbladeren zijn ovaal. Ze voelen hard leerachtig aan. Hun kleur hangt af van de variëteit van de plant. De vruchten zijn erg helder. Maar in residentiële omstandigheden bloeit de struik uiterst zelden.
In de natuurlijke omgeving bereikt de plant een hoogte van zeven meter. Thuis groeit de euonymus twintig centimeter per jaar. Het is giftig en daarom is voorzichtigheid geboden bij het hanteren.
Soorten
Japanse euonymus groeit in de vorm van een struik of een boom. Er zijn verschillende soorten dichtbij hem:
- Pseudo-laur - de hoogte bereikt honderdvijftig centimeter, scheuten zijn bruingroen. Bloei vindt plaats in juni. Bloeiwijzen zijn klein geelgroen. Het kan groeien op een schaduwrijke plek met vervuilde lucht, maar verdraagt geen kou.
- Microfillus - een hoogte van maximaal vijftig centimeter, de kleur is geelgroen. Kleine bladeren, witte bloeiwijzen.
- Dwerg - tot honderd centimeter hoog. Scheuten schieten gemakkelijk wortel. De bladeren zijn leerachtig heldergroen van kleur, hebben een blauwachtige tint vanaf de onderkant. Bloeiwijzen zijn roodbruin, klein.
- Fortune - is een naaste verwant van de euonymus japans. De hoogte van de kruipende struik is klein, tot veertig centimeter. Het verdraagt de Europese winter.
Er zijn veel soorten Fortune euonymus. Ze hebben een andere kleur bladeren. Heldergroene bladeren hebben bijvoorbeeld een gele of witte rand. Er is een uitzicht met gele bladeren, met in het midden een groene streep. Sommige struiken hebben in het warme seizoen groene bladeren, maar in de herfst worden ze brons of paars.
Habitat
Japan wordt beschouwd als de geboorteplaats van de plant, hoewel het niet minder gebruikelijk is in China en Korea. Hij komt ook voor in andere landen met een subtropisch klimaat. In zijn thuisland lijkt de euonymus vaak op een miniatuurboom. Hieruit kun je een bonsai maken. Het hangt allemaal af van de juiste zorg.
Japanse euonymus: planten en verzorgen
De struik is kieskeurig en hoeft dus niet op zoek naar een speciale plek om te planten. Hij voelt zich zowel in de schaduw als in de zon even goed. In het schaduwrijke gebied krijgt het blad een blauwgroene tint met witte vlekken. In de zon worden de bladeren groen met een lichtroze tint.
Het landen van de euonymus van Japans moet worden uitgevoerd in vochtige grond. Een gat is zo groot gegraven dat het twee keer zo groot is als de wortel van de zaailing. Aan de onderkant moet drainage worden gelegd. Hiervoor is gebroken baksteen, geëxpandeerde klei enzovoort geschikt. Vervolgens worden meststoffen geplaatst. Je kunt rot humus of compost gebruiken. Na het planten wordt de aarde rond de plant verdicht. Het is belangrijk om de zaailing de eerste keer na het planten regelmatig water te geven.
Water geven
Japanse euonymus is een plant die de voorkeur geeft aan matige hydratatie. Tussen het besproeien moet de grond de tijd hebben om uit te drogen. Van tijd tot tijd (niet meer dan drie keer per week) kunnen bladeren worden bespoten. Op warme dagen wordt de watergift geïntensiveerd. Bevochtigend water moet bij kamertemperatuur blijven staan.
Bodem
De struik voelt goed aan in de meest gewone grond. Een mengsel van gras met bladaarde, turf en zand is geschikt. Je kunt het doen met tuingrond of kasgrond.
Voor het kweken van euonymus zijn zure grond met kalk en neutrale grond geschikt. Al deze soorten kunnen worden gebruikt om er planten in te planten. Het is belangrijk om tijdig een topdressing uit te voeren.
Topdressing
Het is raadzaam om periodiek een kamerplant euonymus Japans te bemesten. Een agenda kan er als volgt uitzien:
- topdressing van maart tot juli;
- een pauze;
- topdressing van september tot eind november;
- lange pauze.
Vóór de winterstop moet u de hoeveelheid kunstmest verdubbelen. Meestal wordt topdressing eenmaal per maand uitgevoerd. Langzaam afbreekbare meststoffen die worden gebruikt voor kamerplanten zijn geschikt.
Snoeien
Japanse euonymus wordt in het voorjaar geknipt. Op dit moment kunt u beginnen met het vormen van een kroon. Gebruik een draad die in de herfst moet worden verwijderd om het groene huisdier een bepaalde vorm te geven.
In de zomer wordt er ook gesnoeid, vooral voor zeer lange scheuten. Er verschijnen verschillende jonge scheuten op het snijgebied. Crohn wordt hierdoor veel dikker.
Verlichting
Voor een goede verzorging thuis moet een Japanse euonymus van goede verlichting worden voorzien. Dan ontwikkelt de plant zich. Het verdraagt beter dimmen dan brandend zonlicht.
Het huisdier voelt zich goed in het appartement, want voor hem is de ideale temperatuur +25 ° C. Als de temperatuur in de kamer tot twaalf graden daalt, zal de struik overleven. Plotselinge temperatuurveranderingen kunnen echter leiden tot een volledige lozing van bladeren.
Fokken
Sierbomen en struiken (waaronder Japanse euonymus) kunnen zich op verschillende manieren voortplanten. Elk heeft zijn eigen kenmerken.
De vermeerderingsmethode door stekken omvat de bereiding van materiaal van planten die nog geen vijf jaar oud zijn. Het snijden van stekken wordt uitgevoerd in juni - juli. Hun lengte moet zes tot acht centimeter zijn. De onderste delen moeten worden behandeld met heteroauxine en in een kas worden geplant. De grond moet zacht en vruchtbaar zijn. Bestrooi het met zand (een laag van drie tot vier centimeter). Stekken schieten binnen anderhalve maand wortel. Daarna worden ze in constante grond geplant.
Voortplanting door wortelnageslacht vindt plaats in het vroege voorjaar, zodra de sneeuw smelt. Wortel nakomelingen moeten een lengte hebben van twintig tot dertig centimeter en dikke, dikke wortels. Ze worden netjes met een brok aarde overgebracht naar een nieuwe vaste plek of in een container. Stekken gaan van de wortel. Als ze vijftig centimeter bereiken, moeten ze worden afgesneden.
In het voorjaar kun je de struik splitsen met de wortelstok. Meestal verloopt de verdeling van de struik zonder problemen en de plant neemt goed wortel. De getransplanteerde struik moet enigszins worden bijgesneden.
Je kunt euonymus laten groeien met zaden. Maar hiervoor moeten de planten bloeien. Verkregen zaden moeten natuurlijke omstandigheden creëren. Hiervoor worden ze in grof zand geplaatst en drie tot vier maanden in de koelkast bewaard. Na deze periode zal de schil in de meeste zaden barsten. Vervolgens moeten ze worden schoongemaakt en nog twee maanden in het zand worden bewaard bij een temperatuur van nul tot vier graden warmte. Vervolgens worden de zaden gerijpt in een zwakke oplossing van kaliumpermanganaat. Ze worden in zaailingen gezaaid tot een diepte van twee centimeter. De grond bestaat uit velland, humus, grof zand, grasmat. Voor het planten op een vaste plek zijn de planten klaar voor het derde levensjaar.
Ziekte
Over het algemeen is de plant resistent tegen ziekten. Maar door onjuiste zorg zijn de volgende problemen mogelijk:
- De uiteinden van de bladeren drogen en krullen door de grote hoeveelheid licht. Hiervan verbleekt ook hun kleur.
- De bladeren vallen gedeeltelijk of volledig af als de plant overwintert in een warme kamer, die wordt gekenmerkt door een lage luchtvochtigheid.
- De groei vertraagt, lagere bladeren vliegen rond door overloop.
De plant kan worden aangevallen door schildluizen, wittevlieg, bladluizen, spintmijten, wolluizen. Om van ongenode gasten af te komen, moet je de struik behandelen met een speciaal chemisch middel.
Buitenverzorging
In de volle grond moet ook voor de plant worden gezorgd. Dan zal het uiterlijk een lust voor het oog zijn. Met zorg wordt bedoeld regelmatig water geven, tijdige topdressing. De grond mag niet drassig zijn, de grond moet de tijd krijgen om te drogen.
In het voorjaar moet kunstmest worden uitgevoerd met stikstof en in de warmere maanden - met magnesiummengsels. In de herfst is het raadzaam om te graven en as en kalk in de grond te brengen. Om de struik netjes te houden, moet je de uiteinden van de twijgen tijdig knijpen. Als dit niet gebeurt, zal de struik in de breedte groeien. De takken die de grond raken, zullen wortel schieten. De plant kan losraken.
In de winter worden jonge planten ondergebracht die niet ouder zijn dan twee jaar. Volwassen struiken hebben geen beschutting nodig, maar de grond eromheen kan worden bedekt met turf, oud zaagsel of gewone bladeren. Een vergelijkbare procedure wordt mulchen genoemd. Het wordt beschouwd als een zeer effectieve manier om de gezondheid van planten te behouden. In warme tijd kunt u met mulchen onkruid verwijderen en het wortelsysteem uitdrogen, in de herfst zal de grond niet eroderen en in de winter zal het bevriezen.
